OPDRACHT >> 1. Lees: “De gevaarlijke omgeving”

DE GEVAARLIJKE OMGEVING

Veel mensen zijn er niet alleen van overtuigd dat de omgeving gevaarlijk is, maar ook dat die gestaag gevaarlijker wordt. Velen hebben het gevoel dat het een grotere uitdaging is dan ze aankunnen. 

De kern van de zaak is echter dat de omgeving tot iets gemaakt wordt dat veel gevaarlijker lijkt dan het in werkelijkheid is. 

Een groot aantal mensen is als het ware van beroep “maker van een gevaarlijke omgeving”. Hiertoe behoren beoefenaren van beroepen die, willen ze kunnen bestaan, een gevaarlijke omgeving vereisen, zoals de politicus, de politieagent, de verslaggever, de begrafenisondernemer en anderen. Deze mensen “verkopen” een gevaarlijke omgeving. Dat is waar ze van leven. Ze hebben het gevoel dat ze, als ze de mensen niet het idee aansmeren dat de omgeving gevaarlijk is, prompt failliet zouden gaan. Het is dus in hun belang de omgeving veel gevaarlijker voor te stellen dan zij is.

De omgeving is al gevaarlijk genoeg. 

Op een gegeven moment kwam het idee naar voren dat er in bepaalde gemeenschappen geen vorderingen werden gemaakt, omdat de omgeving niet genoeg uitdaging bood. Eén van degenen die dat idee te berde brachten, was de Engelse historicus en filosoof Arnold Toynbee (1889-1975); hij vond dat gebieden zoals Mexico om die reden geen vooruitgang maakten. De omgeving waarin deze ideeën van Toynbee werden geboren, was er echter één van een ivoren toren; hij zat boeken te lezen in een bibliotheek, zonder er ooit op uit te trekken en eens met een paar Mexicanen te praten. 

Aldus verkondigde Toynbee met grote overtuigende uitroeptekens, gevolgd door ontelbare universitaire titels: “De reden dat de Mexicaan geen succes heeft, is dat hij onvoldoende uitdaging in zijn omgeving heeft. De reden dat Zuid-Amerika zich niet ontwikkelt tot een veelbelovende industriële macht, is dat er onvoldoende uitdaging is in de omgeving. De reden dat de Afrikaan wat beschaving betreft niet verder gekomen is, is dat zijn omgeving onvoldoende uitdaging biedt.” 

Wat wist Toynbee ervan af? Al zijn tijd bracht hij achter in de bibliotheek door met het lezen van boeken die geschreven waren door mensen die ook al hun dagen in bibliotheken hadden doorgebracht! Dat is niet de manier om iets over het leven te weten te komen. 

Op de Filippijnen komt – nog een voorbeeld – een pretentieuze, energieke blanke man aan en zegt tegen de Igoroten, de inheemse bevolking die in de noordelijke, bergachtige streek van de Filippijnen woont: “Als je nu gewoon een pad van het dorp naar de rivier uithakt en een ossenkar pakt en daarmee ’s morgens naar de rivier gaat en een watertank vult en die hier naartoe brengt, dan hoeven jullie vrouwen niet die wandeling naar de rivier te maken. En jullie zouden onmiddellijk met dit project van openbare werken moeten beginnen.” 

En hij is diep beledigd omdat deze mensen er niet onmiddellijk mee beginnen. En hij gaat weg en zegt: “Aha! Die mensen hebben onvoldoende uitdaging in hun omgeving. Niets voor hen om zich aan te meten. Geen ambitie. Niet zoals wij in het Westen. Wij hebben uitdaging in onze omgeving.” 

Had deze man uitdagingen in zijn omgeving? Mama lepelde de havermout in zijn mond, Papa betaalde de rekeningen toen hij ging studeren; de weg was in alle richtingen geplaveid met voertuigen en apparaten. In zijn omgeving was alles al voor hem geregeld, hij kon zich dus best veroorloven pretentieus te zijn. 

Maar wat is nu werkelijk de omgeving van de Igoroot op het moment dat hij daar bij het vuur zit te luisteren naar die blanke man die hem vertelt hoe hij een pad naar de rivier moet hakken? Deze Igoroot heeft een zoontje waar hij veel van houdt, maar hij weet dat dit jongetje door ziekte en slecht eten maar een kleine kans heeft in leven te blijven, totdat hij zeven jaar oud is. Hij weet dat wanneer de regens komen, het niet gewoon een paar zachte buitjes zullen zijn; ze zullen domweg elk zaadje uit de bodem wegspoelen en de velden kapot beuken. Maar als hij daar iets uit kan redden, zal hij zijn leven misschien nog een paar maanden kunnen rekken. Hij weet dat hij alleen maar onder de verkeerde boom hoeft te lopen of hij wordt door een giftige slang gebeten, en dat zal zijn einde betekenen. Met andere woorden, hij weet al dat hij niet in leven kan blijven, dus waarom zou hij het proberen? 

Met andere woorden, de uitdaging van de omgeving is voor veel mensen volslagen overweldigend. 

Maar betekent dit dat er in de meer “geciviliseerde” delen van de wereld geen uitdaging is in de omgeving? Wel degelijk. Denk maar eens aan de situatie van de jonge kunstenaar uit Terre Haute, Indiana, die naar New York is verhuisd. De oppervlakkige toeschouwer zou kunnen zeggen dat hij verhuisd is omdat er in zijn omgeving in Terre Haute geen uitdaging was. Nee, ook hier was de uitdaging te groot. 

Om te beginnen besloot deze jongen al schilder te worden omdat hij zich er niet tegen opgewassen voelde te gaan werken bij de veevoerhandelaar, samen met dezelfde vent die hem én op de kleuterschool, én op de lagere school, én op de middelbare school in elkaar had geslagen. De gedachte elke dag met deze vent te moeten werken, was gewoon een te grote uitdaging. Dus werd hij kunstenaar, maar niemand in Terre Haute kocht schilderijen en niemand geloofde in wat hij deed. Hij had daar geen toekomst; hij moest voortdurend onder ogen zien te zullen verhongeren; hij was niet in staat om bij te dragen aan de gemeenschap. Dat was een erg vijandige omgeving. Dus verhuisde hij naar een vriendelijker omgeving, Greenwich Village. Hij wilde liever rustig honger lijden in Greenwich Village, dan met de dood bedreigd worden in Terre Haute, Indiana. 

We komen dan tot de conclusie dat iedereen – of hij nu blank, zwart, rood of geel is – als hij er niet in geslaagd is zijn eigen lot te bepalen, gedoemd is in een omgeving te verkeren die hij overweldigend acht, en dat zijn manier om die omgeving onder zijn hoede te nemen, gedoemd is ontoereikend te zijn voor zijn voortbestaan. Zijn leven is voor hem even apathisch of ongelukkig als zijn omgeving voor hem overweldigend lijkt. 

Waarom zouden mensen dan zoveel moeite doen om de omgeving nog gevaarlijker te laten lijken dan zij al is?